De laatste weken ben ik nog een paar keer op pad geweest maar zonder resultaten. Dat is tegenvallend te noemen want in de maanden dat de blaadjes beginnen te vallen is de karper vaak goed vangbaar. Voorgaande seizoenen waren september en oktober vaak de beste maanden, veel vis en vaak ook op een topgewicht. In een ultieme poging om het gedaalde zelfvertrouwen op te krikken ga ik zelfs bij een cultuurwatertje langs waar ik eigenlijk nooit meer kom. Zelfs daar krijg ik geen aanbeet. Als bij de start van oktober het weer omslaat besluit ik de karperstok even te laten staan, ik begin met snoeken.
Dit weekend is het echter ineens weer erg warm. De temperatuur loopt op tot tegen de twintig graden en de wind zit in een gunstige hoek. Ik besluit naar polder twee te gaan. Al vrij snel zijn de voerstekken gezet. Twee op de hoek van een weiland waar de sloot die het weiland doorkruist de bermsloot ontmoet, de derde in één van de sloten die het weiland doorkruisen. Ik zie weinig actieve vis en sjok wat verloren door het weiland. Als ik bij de eerste stek terugkom na gevoerd te hebben zie ik een vis in de kant aankomen, als hij doorzwemt komt hij op mijn stek. Ik beaas de hengel en leg in, de wellingen komen steeds dichter bij maar gaan mijn voerplek voorbij. De vis heeft het voer totaal genegeerd. Ik maak mijn eerste volledige rondje maar zie niets. Terug op de eerste stek zijn er weer die wellingen, vrij onverwacht schuift de pen weg, ik schrik en twijfel even, dan sla ik aan. Mis! Ik rol achterover en lig een tijdje naar de strakblauwe lucht te kijken, eigenlijk heb ik geen zin om verder te vissen. Toch sleep ik mijzelf plichtsgetrouw naar de tweede stek. Pretentieloos zet ik de pen neer en ga er ontspannen bijzitten. Er drijft wat vuil tegen de pen aan, die schokkerig onder water verdwijnt; het vuil? Nee, de lijn loopt, ik sla aan en voel de weerstand van een karper. Al vrij snel heb ik hem ondiep en denk ik dat hij schepklaar is, echter bij het zien van het net laat de vis zien waar hij echt toe in staat is. Zonder echt door de slip te gaan zit ik minutenlang met een knikkende hengel in de hand, uiteindelijk glijdt een moddervette, totaal gave schub het net in. Bij zijn lengte van 85 centimeter is hij ruim 24,5 pond zwaar! Met een tevreden gevoel zet ik de vis terug. Op de laatste stek zie ik niets meer maar dat maakt niet uit, na ruim een maand eindelijk weer een vis gevangen!
0 Comments
Leave a Reply. |
Ik ben......Andries Hoekstra. Trotse vader van twee kinderen en getrouwd met een fan-tastische vrouw. Vanaf mijn 16e vis ik gericht op karper, ondertussen alweer 26 jaar. Vissen gebeurt tussen het familieleven door en daarom vaak 's ochtends vroeg, 's avonds laat of 's nachts. Andere blog's:Categorieën
All
Archieven
April 2024
Contact: [email protected]
|