En dan zit je zomaar een paar weken te staren naar een foto van je laatste wapenfeit... Op zich geen ramp, eind juni, begin juli zijn niet de makkelijkste maanden. De paai is voorbij, de vis zwaait weer uit door de hele polder heen en weet zich verrekte vaak op te houden op plekken waar je niet kunt komen. Ook zijn er van die stille, bedompte, enigzins warme avonden waarop er geen rimpeling op het water is. De maan al groot en bleek op, de zon ertegenover zachtrood nagloeiend van een dagje werk. Alles staat in leven, overal dierengeluid behalve onder water? Je mist is een aanbeet, verjaagd eens een vis en dan is het er ineens; een knagend gevoel wat je vaak precies de verkeerde keuzes doet maken. Als ik terugkijk op de afgelopen drie weken dan zou ik meer dan gelukkig zijn om maar de helft van de geboden kansen te verzilveren maar het zat er even niet in. Een continue aanhoudende onrust die me meerdere keren stom op lijnzwemmers deed aanslaan, de bekende boeggolf tot gevolg. Vissen die blijkbaar een zesde zintuig hebben en vanaf het moment dat je gaat vissen zonder enige verdere aanleiding de stek verlaten waar ze even daarvoor nog rustig aan het azen waren. Als kers was er een draadbreuk tijdens de dril van een grote vis. Totaal uit het niets op en zo onlogisch was dat je nog maar één ding kan bedenken; de hele wereld is tegen me. Onzin natuurlijk maar dat zijn de uiteindelijke barsten veroorzaakt door de haarscheurtjes die eerder al in het vertrouwen gesprongen waren. Uiteindelijk is er dan dat moment dat je dat pennetje ziet staan en bij jezelf denkt; "wie zit ik voor de gek te houden, dit gaat niet lukken". Dan maar even afstand, gek, lang geleden dat dat nodig was. Onwennig ook om even geen volgend avondje gepland te hebben. Geeft ook veel rust, even loskomen van wat uiteindelijk ook niet meer dan een hobby is. Zoals altijd komt er dan vanzelf weer een moment dat 'het' gevoel terugkomt. Duurt vaak ook niet lang, een dag of zeven, soms iets meer, soms iets minder. Het is vooral even niet denken aan, loslaten van. Vandaag ineens een vrije middag. Beide kinderen ondergebracht en geen drukte op werk. Ik zie het wel zitten, visspulletjes bij elkaar. Blikkie maïs en kikkererwten mixen. Lekker fout die maïs, een aas wat ik eigenlijk omzeil in de zomer maar ik heb een dwarse bui. Fiets erbij en op weg naar een poldertje waar ik nog niet was geweest dit jaar. Ben benieuwd of er te vissen valt, soms groeit het helemaal dicht. Als dat zo is ligt er niet veel verderop een alternatief. Over nagedacht dus, logische keuzes voor de korte tijd die ik heb. Aangekomen is het water mooi schoon, her en der wat lelies maar verder weinig planten. ik zie direct graskarper. meerdere grote loebassen lummelen wat rond, eentje imponeert, niet eens om zijn omvang maar om zijn blakende witheid; een albino exemplaar. Terwijl ik op gepaste afstand een plan de campagne maak, komt er een staartlob boven water uit. verleidelijk zwaait hij me toe; kom maar, kom maar, kom maar. Ik wacht toch nog even, die graskarpers kunnen bij het minste of geringste ervandoor gaan, enorme boeggolven trekken er dan door de smalle sloot, alles op zijn kop en waarschijnlijk vlucht er veel vis mee. Vaak zie je een kettingreactie van paniek van je wegrollen. Als de kust veilig is hurk ik op een paar meter uit de kant. Ik leg het net zo neer dat het hoge gras en korte riet langs de kant naar beneden gedrukt wordt. Een twintigtal maïskorrels en kikkererwten vinden hun weg naar de rand van een dun leliebedje. Niet veel later pennetje erachteraan. Ik zit en wacht op wat komen gaat. Die graskarpers verwacht ik eigenlijk niet op de stek, hoe vaak ik ze ook tegenkom in dit water ze laten zich moeilijk verleiden, lijken vaak volledig in hun eigen wereld op te gaan.
De zwaaiende staart laat zich met tussenpozen zien, albino ligt een meter of tien verderop een beetje te zonnen. Pennetje krijgt zo nu en dan een tikje, kleine vissenlichaampjes van de boosdoeners glinsteren in het felle zonlicht. Na een half uur zakt het pennetje wat en wordt op sleeptouw genomen, ik sla aan maar haak niets. Wel komt er even een voorntje mee omhoog, zorgde die voor de beweging? Twee nieuwe, verse maïskorrels worden op de haak geprikt. Daar staat dat rode puntje weer, duurt maar even dan weer een zakkertje en een pen die op sleeptouw genomen wordt. Ik verwacht voorn maar ontmoet zware weerstand. Een grote graskarper komt direct boven, lijkt valsgehaakt maar dan zie ik dat de haak gewoon in zijn benige lippen zit en het draad om een borstvin is geslagen. De vis maakt diepte, het draad springt los. Hij begint een spurt, niet lang gelukkig. Ik ga vol in de hengel hangen, heb geen zin in een ratelende spoel. Als dit soort vissen op gang komen kun je je lol op, dat wil ik voorkomen. gaat vrij eenvoudig want binnen de kortste keren ligt hij al op de kant. mooie grote vis, ondanks de korte strijd rustig op de kant. Voldaan laat ik hem na de rituelen terug glijden. Voelt goed, voelt naar meer. Ik vis nog kort door, vang een paar mooie blankvoorns. Tijd gaat snel, twee uurtjes is ook eigenlijk niets, toch was het vandaag voldoende om de wereld er een beetje anders uit te doen zien.
3 Comments
Boudewijn
18/7/2016 02:13:00 pm
Wispelturigheid, onzekerheid, afdwalende gedachten...Die albino moet er nog uit!
Reply
Andries Hoekstra
20/7/2016 08:45:58 am
Hoi Boudewijn.
Reply
Leave a Reply. |
Ik ben......Andries Hoekstra. Trotse vader van twee kinderen en getrouwd met een fan-tastische vrouw. Vanaf mijn 16e vis ik gericht op karper, ondertussen alweer 26 jaar. Vissen gebeurt tussen het familieleven door en daarom vaak 's ochtends vroeg, 's avonds laat of 's nachts. Andere blog's:Categorieën
All
Archieven
April 2024
Contact: [email protected]
|