"Niet gehinderd door enige kennis", een uitspraak van een collega schiet door mijn hoofd heen als ik voor de zoveelste keer het schelpenpad betreedt. Ieder bezoek is er meer te zien, meer nieuw groen, meer actieve watervogels en meer tekenen van karper. Met alle opgedane kennis is het soms best lastig om met een 'leeg' hoofd aan de slag te gaan. Heimelijk denk ik weleens terug aan de tijd dat ook ik niet gehinderd door enige kennis in het vroege voorjaar naar de waterkant toog. Geen enkele gedachten over waar vissen zich wellicht op zouden kunnen houden, gewoon een blikje maïs, een gezonde portie opportunisme en gaan. Ik probeer iedere visbeurt iets te leren, vragen die ik heb beantwoord te krijgen. Dat lukt aardig, puzzelstukjes die langzaam op hun plek vallen. Ook steeds weer nieuwe puzzelstukjes. Neem nu deze polder. Toen ik in het late najaar een steeds grotere concentratie van karper op een bepaald deel aantrof dacht ik een plek te hebben gevonden waar de karper overwintert. Iedere visbeurt in december, januari, februari en maart leverde hetzelfde beeld op; rollende brasem en zeelt maar geen karper? Onlangs was ik er weer geweest. Voor het eerst proefde het naar lente. Kort na aankomst was het gemaal gaan draaien. Mijn pennetje stond geduldig te huppelen op de trek. Na een prachtige zonsondergang is er een enorme bleke maan gehuld in nevelslierten en temperatuur die vlot onder het vriespunt kruipt. Achter elkaar zie ik vis rollen, ik vang in korte tijd twee brasems en een zeelt. De gedachte van karper op deze plek heb ik opgegeven. Wel ben ik benieuwd of er een moment in het voorjaar gaat zijn dat de vis hier ineens weer aanwezig gaat zijn en of ik dan kan achterhalen waar ze vandaan zijn gekomen? Maart glijdt voorbij, vooruitzichten van draaiende wind en vooral warmere nachten worden steeds weer een stukje opgeschoven. Op de voorlaatste maartdag zit ik als een koning in mijn stoeltje te genieten van een zonsondergang. Om me heen is de natuur volledig tot leven gekomen. Ik drink een paar bakken hele sterke koffie, eet wat oud brood met dikke plakken salami die ik ter plekke snij. Ik voel me groots, hier ben ik op mijn plek. De avond levert voor de verandering weer eens een zeelt op. De vis voelt beduidend minder koud aan dan zijn voorgangers van de voorbije weken. De zeeltteller is de karperteller ondertussen voorbij gegaan dit jaar; iets wat ik niet eerder meemaakte. Misschien van visserij veranderen? Ik geniet van de 'bijvangsten' het zijn toch maar schitterende vissen. Een paar dagen later is de lente in volle gang. Ik sleep me naar het water. Twee weken zieke kinderen en vrouw, drukte op werk en daarmee in mijn hoofd en veel korte onderbroken nachten maken me zwaarmoedig en vooral vermoeid. Tijdens de voetbalwedstrijd overdag kwam ik verkeerd terecht en mijn bovenbeen is stijf en pijnlijk, werkt ook niet echt mee. Ik zie de eerste vleermuisjes dansen, weer een mijlpaaltje in de voortgang van het voorjaar. Er is weer sterke koffie, iets waar ik geen genoeg van kan krijgen tijdens de avondjes en nachten vissen. Koffie smaakt altijd beter buiten, raar maar zo is het voor mij. Om me heen is er stilte, ik zie een zeelt rollen en daarna borrelen maar dat is het enige teken van leven. Ik loop van stek naar stek die ik ongeveer twee uur eerder aanvoerde. Het pennetje geeft geen teken van leven. Er rolt een gedachte mijn hoofd in: "hoelang duurt het voordat je onzeker wordt vanuit het niet vangen van karper?" Ik krijg geen tijd om over de vraag na te denken. De pen schuifelt traag over het water heen. Ik verstar, haal geen adem meer. Even stopt de beweging, dan loopt de pen door en zakt schokkend weg. Ik sla aan en voel de weerstand van karper. De vis weet niet zo goed wat hij moet, zwemt de kant in, plukt wat vuil op en wringt er dan wat onbeduidende rondjes onder de top uit. Ik denk hem eenvoudig te kunnen scheppen maar schep mis? De vis maakt een sprintje naar de overkant maar komt al snel weer boven het net en nu schep ik hem wel. Ik zit nog even rustig te zitten. Het is het enige wapenfeit van de avond, ik ben er blij mee. Voelt vertrouwd om met een meurend net langs de waterkant te schuifelen. Ik heb zin in de komende periode. Twee nieuwe polders op het oog die grondig uitgespit moeten worden en zoveel plekken waarnaar ik verlang om terug te gaan.
To be continued!
0 Comments
Leave a Reply. |
Ik ben......Andries Hoekstra. Trotse vader van twee kinderen en getrouwd met een fan-tastische vrouw. Vanaf mijn 16e vis ik gericht op karper, ondertussen alweer 26 jaar. Vissen gebeurt tussen het familieleven door en daarom vaak 's ochtends vroeg, 's avonds laat of 's nachts. Andere blog's:Categorieën
All
Archieven
April 2024
Contact: [email protected]
|