Net na zonsopgang zit ik in de auto op weg naar Den Haag voor een visbeurt met Michael, terwijl ik dichterbij kom wordt de wereld witter. Ik denk na. Laatste visbeurt in december. Een tot nu toe visloos december. Vorig jaar was het ook moeizaam in de wintermaanden, stekken die de jaren ervoor steevast wel een visje opleverden waren stil. Kwam misschien wel omdat het eigenlijk helemaal geen winter was, misschien was ik teveel mijn wintermodus geschoten terwijl dat voor de karper niet opging? Ook herhaalt zich een zinnetje dat Michael me toevertrouwde na een gezamenlijke loze beurt: "je maakt het jezelf ook niet makkelijk met de stekken die je uitkiest". Klopt wel, en nu dus op weg naar een stadswater, een water dat bulkt van de vis, met de huidige veranderde weersomstandigheden trouwens nog steeds geen garantie voor een kromme hengel. Ik wordt ingehaald door een fiat, die gaat hard, ik grinnik als ik de auto van Michael herken. Ik rij kort na hem de wijk in en zie hoe hij capriolen uithaalt op de spekgladde weggetjes; winter maakt het kind in ons allemaal los, blijkt maar weer. Kort daarna de stevige handdruk en het bijpraten. Onderwijl voeren we, buizen, duikers, steigers alles waarvan we ook maar denken dat de vis er kan liggen krijgt aan handje voer. Het water ligt nog helemaal open, op een enkele plek wat ijs in de kant maar verder niet.
Terug bij de auto zitten we in de kofferbak terwijl de zon ons gezicht kietelt en drinken een kop koffie. Tegen elven gaan we met de penhengels op pad. We schuifelen warm aangekleed door wakker wordend Den Haag van stek naar stek. We zien geen stootje, sommige aangevoerde plekken hebben dat waar je wintervis verwacht; obstakels en diepte. Andere zijn slecht gekozen, vooral een aantal duikers is erg ondiep. Het is fijn om met Michael op pad te zijn, we kletsen als we van stek naar stek lopen, op de stekken volledige concentratie en stilte. Tegen één uur lopen we naar de laatste stek, ergens hebben we de hoop op een goed resultaat allang opgegeven. We besluiten de laatste stek nog een kans te geven en dan te zoeken naar een plek waar het niet anders kan zijn dat de karpers gestapeld liggen. We willen het maximale uit de resterende uurtjes halen. Beide pakken we een kant van de duiker, de laatste aangevoerde stek. Tot mijn verassing zie ik bij het neerzetten van mijn pen hem direct wegzakken; het is hier een stuk dieper. Ik verschuif het stuitje en wacht af. Er komt een mevrouw aan met twee teckels, één van de twee draagt ze. Ik knik vriendelijk naar haar en vraag of het hondje niet van koude voeten houdt? Het antwoord komt in het Pools, klinkt als een verontschuldiging dat ze het niet begrijpt. Ik richt me weer op mijn pennetje, met mijn vrije hand pak ik een boterham uit mijn tas. Ik heb plots een positief gevoel over deze stek; raar ineens voel ik spanning en weet ik dat het gaat gebeuren. Ik verleg het pennetje ietsjes en neem een hap. Stadsgluiden dringen niet meer door, ik ben één geworden met de pen. Er is een minieme beweging, dan wordt het pennetje wat bij de duiker weggeduwd, keert en loopt naar het duikertje toe. Is er vuil door de lijn gedreven, trek in het water? Langzaam begint het oranje te zakken; het is echt een aanbeet bedenk ik me met een gevoel van verbazing en ongeloof. Ik pak de hengel stevig vast en haal uit. Iets gewichtigs reageert op de bodem, ik zie de hengel krommen. Wil over mijn schouder Michael roepen maar mijn geluid kaatst terug op een tram die langsrijdt en ons van elkaar scheidt. Ik kijk weer naar die hengel, alles gaat traag, de tram is weg, ik roep Michael nog een keer. Kort daarna staat hij naast me. Ik durf geen volledige druk te geven. Kort geleden trok ik deze hengel uit zijn foedraal en bleek er een ringetje van een oog van de driepuntsverbinding te zijn gebroken. Ik liet mijn vader ernaar kijken en die was ervan overtuigt dat het met secondelijm opgelost zou kunnen worden. Ik ben bang, bang dat het ringetje loskomt, bang de karper te verspelen. Daarnaast reageert de vis overduidelijk met harder trekken als ik harder trek. Liever dan wat minder druk en het gevecht op een korte lijn afmaken. Dat duurt nog langer dan gedacht maar na een ruime vijf minuten kan Michael de vis scheppen. Wat een mooi beest! Stilletjes ligt hij daar in de witte wereld, Michael maakt foto’s. Ik voel mijn handen koud worden van de ijsklomp die ik vasthoudt, dan terug het water in. Langzaam glijdt de vis de diepte weer in. Ik ben blij, Michael is blij, wij zijn blij We vissen nog even door, maar zien niets meer, geen stootje. Met rode wangen en een voldaan gevoel rij ik net na half drie terug naar huis. Het visjaar 2014 zit erop, wat een spetterend eind, iets wat ik niet meer had verwacht.
0 Comments
Leave a Reply. |
Ik ben......Andries Hoekstra. Trotse vader van twee kinderen en getrouwd met een fan-tastische vrouw. Vanaf mijn 16e vis ik gericht op karper, ondertussen alweer 26 jaar. Vissen gebeurt tussen het familieleven door en daarom vaak 's ochtends vroeg, 's avonds laat of 's nachts. Andere blog's:Categorieën
All
Archieven
April 2024
Contact: [email protected]
|