Hoe later de nacht, of hoe vroeger de ochtend, hoe leuker de radio wordt. Ditmaal een prachtgesprek over het vasthouden van vakantiegevoel, plotseling toeslaande stress en eenvoudige mindfull oefeningen om jezelf in het hier en nu te houden. Een vrouwelijke gast noemt contact met de natuur als een belangrijk element om contact met het hier en nu te houden. Bijvoorbeeld door een plantje op je bureau te zetten. Ik glimlach, heb mijn portie natuur wel weer gehad maar in het hier en nu houdt het me niet, maakt me eerder hongerig naar het volgende nachtelijke avontuur. Eerder die avond op de heenweg voel ik me er niet helemaal ‘tof’ bij om het gekozen water te gaan bevissen. Michael nam me er een ruime week geleden mee naartoe en het voelt toch vreemd om er nu zelf heen te gaan. Michael weet dat ik ga en als ik eenmaal aan het water ben valt het gevoel weg; wat een avond. Na de regenperiode is het kalm weer, de opgelopen warmte van de dag wordt vastgehouden onder wat lichte bewolking en alles straalt actieve vis uit. Ik maak een grote voerronde, leg op een looptocht van ruim drie kilometer vijf voerstekken aan. Als ik terugkom op de eerste voerplekken is het nog licht, het voer is al een uur voor mij aan het vissen dus wie weet is snel succes mogelijk? Ik start bij een bruggetje waar aan weerszijden een zijslootje op de hoofdwatergang uitkomt. Ik heb aan beide kanten gevoerd maar als ik rustig vanaf de brug naar mijn pennetje sta te turen is de conclusie dat er genoeg vis actief is maar dat er blijkbaar meer tijd voor nodig is voor de vis om op de stek te komen. Ik loop naar een stek waar ik tijdens het voeren al veel karper actief zag azen. Ik voerde iets ruimer uit de kant omdat de weinige wind langzaam een steeds bredere vuilrand tegen de kant aan vormde. Als ik aankom is het een stuk ondieper dan gedacht, de vuilrand is niet meer gegroeid. Duidelijk is te zien dat karpers om beurten een rondje langs de vuilrand maken. Al vrij snel is er eentje die vanaf de vuilrand de stek opduikt, die wist al dat er wat te halen viel. Hij neemt de lijn op sleeptouw en schrikt hiervan. Kort hierna gebeurt dit nog een keer. Michael sms’t of het wat is, ik bel terug en we kletsen er lustig op los. Na het gesprek kan ik een breekstaafje monteren en besluit ik toch korter bij de vuilrand te voeren. Na het voeren een stevige voettocht terug naar de brug. Bij de brug is het op de stek die me tijdens het gezamenlijk vissen twee aanbeten opleverde nog stil. Aan de andere zijde van de brug is er als snel een slome aanbeet van een brasem, flinke vis, paar lelijke plekken op zijn flank. Ik voer bij en ga naar de twee stekken waar ik nog niet ben geweest. Een strakke tocht met een smal paadje erlangs tussen de kassen ingeklemd. Op de eerste plek al snel een aantal keer kolken en lijnzwemmers en weer wegschrikkende karper. Ik wacht af maar na een goed begin wordt het erg rustig op deze stek. Ik loop door, op de laatste stek geen enkele activiteit, wel hoor ik een aantal keer karper in de kant smakken aan de overkant. Ik sluip terug naar het stekje waar bij de start veel activiteit was. Ik zet de pen kort voor de gesnoeide rietkant, nog geen vijftien centimeter uit de kant, de lange hengel maakt het mogelijk om zelf ver uit de kant te zitten. Net als ik begin te twijfelen of er nog wel karper actief is wordt de pen weggedrukt naar links. Kort daarna zakt hij wat, komt omhoog tot hij plat ligt en zeilt dan naar rechts weg. Gezien de aanbeet verwacht ik brasem maar de ontploffing op de korte uitstaande lijn na de aanslag geeft duidelijkheid; karper. De vis is het er niet mee eens en wil weg, slip komt op gang en de vis zwemt een meter of tien bij me vandaan, laat zich terugpompen, loopt nog een keer weg en komt dan vrij eenvoudig boven het net. Mooie schub, ruim tachtig centimeter, kerngezond. Na wat foto’s zit ik even na te puffen, het is nog steeds lekker warm en het zweet van de inspanning staat op mijn voorhoofd. Het is al laat, ik besluit toch de andere stekken nog een keer langs te lopen, heb het gevoel dat er nog meer in het verschiet ligt.
Bij de vuilrand veel beweging, overduidelijk is er nu karper op de stek die zich niets aantrekt van de lijn. Na een aantal keer wapperende beweging van de azende vis te hebben genegeerd sla ik aan als het pennetje wegwaaierd onder de vuilrand. Al tijdens mijn aanslag weet ik dat ik te vroeg ben maar herstellen lukt niet meer, even is er contact dan de rechtspringende hengel en twee karpers die als een dolle wegschieten van de stek. Ik baal, baal enorm, na al die jaren toch nog niet de beheersing op het ultieme moment. Diep ademhalen maar en hopen dat de laatste stekjes wat opleveren. Met hoge verwachting zet ik een kwartier later de pen vanaf de brug voor de ingang van het slootje. Er is actieve vis op de stek, na een minuut of tien de verwachte aanbeet en na een korte dril een forse zeelt. Dat tovert weer een glimlach op mijn gezicht, wat een schitterende vissen zijn het toch. Jarenlang heb ik ze niet gevangen, dit jaar met regelmaat en dat is fijn. Nog één stekje te gaan. Aan de andere kant van de brug, kort onder de kant. Ik zet de pen zo dicht mogelijk tegen het riet dat in het water hangt. Alles is rustig en stil, de eenden kwaken niet meer, een muskusrat trekt zonder verder geluid een v-spoor op het water, er spettert geen visje. Ik ontspan, wordt één met mijn omgeving en dut bijna weg. Dan wordt de pen weggetrokken naar links. Al mijn spieren spannen, trillende handen boven het handvat; even wachten nog als hij nu wegblijft is het een aanbeet. Het lijkt alsof mijn hele lichaam ‘ja’ uitroept als ik met een felle tik de haak zet, weer die ontploffing in het water en totale rust die in chaos wordt omgezet. De vis dreunt weg, wil naar de brug maar komt niet door de slip, zet aan en wil door een ondringbare bos riet heenzwemmen, bedenkt zich, zeilt naar de overkant en zwemt bij de brug vandaan. Kort daarna lijkt hij schepklaar maar als ik hem bijna boven het net heb hervindt hij zijn kracht, nu moet de slip wel assisteren, na een meter of zeven komt hij kopschuddend en bonkend terug. Nu krijg ik hem wel in het net, een schitterende spierbundel. Ik kijk op mijn telefoon, half drie, nog vier uurtjes dan gaat de wekker, snel naar huis dan kan ik precies één slaapcyclus doorlopen. Daarna loop ik ondanks de vermoeidheid de hele dag op veren; wat een heerlijk ontspannen gevoel geven deze nachtelijke avonturen me toch, op naar de volgende!
0 Comments
Leave a Reply. |
Ik ben......Andries Hoekstra. Trotse vader van twee kinderen en getrouwd met een fan-tastische vrouw. Vanaf mijn 16e vis ik gericht op karper, ondertussen alweer 26 jaar. Vissen gebeurt tussen het familieleven door en daarom vaak 's ochtends vroeg, 's avonds laat of 's nachts. Andere blog's:Categorieën
All
Archieven
April 2024
Contact: [email protected]
|